Irenka's weetstemmetje

Irenka's weetstemmetje

Hé Mono, ik had niet in de gaten dat ik al op je rug zat.  Ik was nog niet klaar met mijn droom, denk ik.

Dan ben je aan het slaapvliegen, in plaats van aan het slaapwándelen, haha.

Wat is het donker zeg!

We zijn bijna in Polen. Irenka voelt van tevoren dingen aankomen en ze vraagt zich af waar die informatie vandaan komt.                        

O ja, dat kan ik wel uitleggen.

   Anders help ik je wel de juiste woorden te vinden. Fluister maar    zachtjes haar naam. Dobranoc is in het Pools ”goedenacht”.

Irenka…Irenka… Dobranoc.

Stop maar even, Evi. Haar droomlichaam is even op stap. Zal me even afstemmen…  Stap maar weer op mijn rug, we vliegen even naar planeet Orion. Daar is haar droomlichaam op bezoek.

Méén je dat nou? Gaan we naar een andere planeet? Dat is toch veel te ver?

Geen probleem hoor, ik stem me af en dan zijn we er binnen enkele seconden.  Tijd bestaat niet, dat weet je toch?

Ach ja, natuurlijk. Toch wel handig, Mono.

     Kijk, daarginds zweeft ze al.

Dobranoc, Irenka...

Dobranoc. Hemeltjelief, ik heb op Orion nog nooit een eenhoorn ontmoet!  En óók nog een vreemd meisje!  Ik voel me zeer vereerd met zo’n bijzonder nachtelijk bezoek.

We zijn niet zo bijzonder hoor. Hij is mijn vriend Mono en ik ben een gewoon meisje uit Nederland. Aangenaam, ik ben Evi.

        Wat komen jullie doen?

Mono kreeg van binnen het bericht dat jij een bijzondere vraag hebt, die je jezelf bijna elke dag stelt.

        Bedoel je de vraag over mijn weetstemmetje?

Ja, daar gaat het over. Vertel eens.

Wel, al zolang ik me kan herinneren, wéét ik wat er gebeuren gaat.

Wát zoal?

Voordat er bijvoorbeeld een ongeluk plaatsvindt, voel ik een soort stemmetje, dat vertelt wat er gebeuren zal.

Weet je ook waarom?

        Nee, het stemmetje is er gewoon, ik weet niet waarom.

Misschien ben je erg gevoelig en word je tevoren gewaarschuwd, zodat je er op dat moment beter tegen kunt.

        Tja, dat zou best eens kunnen. Wel handig eigenlijk.

Ik heb het zelf ook, Irenka.

        Echt waar? Dus ik ben niet de enige?

Nee, ik voel ook van alles aankomen. Soms vind ik het wel grappig, als ik ’s middags op school al weet wat mama gaat koken voor het avondeten.

Hé wat leuk, jij bent de eerste die ik ontmoet, die dat ook heeft. Ik ruik het eten zelfs al! Jij toevallig ook?

Ja ja ja, en ik weet ook altijd wie er aan de telefoon is, vóórdat ik hem heb opgenomen. Het lijkt dan toevallig te kloppen, maar het klopt zó vaak dat het geen toeval meer kán zijn.

        Nee, zó vaak goed gokken kan niemand.

Meestal weet ik op de minuut nauwkeurig hoe laat het is. Ik kijk daarna op de klok en dan klopt het precies.

       Ik heb, net als jij, géén klok nodig. Handig hè!

Wat weet je nog meer?

Welke mensen over een paar jaar verliefd op elkaar zullen worden, of wie er ooit eens zullen trouwen en wanneer er mensen ziek worden of doodgaan.

Voel jij ook wat de meester in je klas gaat zeggen?

Af en toe, als ik me heel goed op hem concentreer. Dan lijkt het alsof ik de zin éérst hoor en hij hem nazegt.

Apart hè! Denk je dat iedereen een wéétstemmetje heeft?

        Denk het wel.

Ik denk wel dat iedereen een stemmetje hoort, maar ik denk ook dat niet iedereen er zo goed naar luistert.

 Da’s mogelijk. Maar waar komt het stemmetje eigenlijk vandaan? Is het soms mijn eigen fantasie of is het misschien de stem van God?

Zal eens proberen het uit te leggen. Weet je dat een mens méér is dan alleen maar zijn lichaam en zijn denken?

Dat móet haast wel, want hóe zou ik anders in staat zijn om te vóelen?

In je lichaam zit je ziel opgesloten. Je ziel is je vóellichaam.

        Wáár zit ie dan?

Volgens mij zit je ziel in je hart. Klopt dat, Mono?

        Als jij je ziel daar voelt, klopt het.

Ik vóel mijn ziel daar als een soort stilteplekje. Heb jij dat ook wel eens gevoeld, Irenka?

       Ik weet wat je bedoelt, Evi.

Het is anders dan denken met je hoofd. Je gaat juist wég van je denken.

      Ja, dan ben je bijna gedachteloos.

Met je ziel vóel je een stem, je vóelt beelden en je vóelt gevoelens.

      Goed beschreven! Komt mijn weetstemmetje uit mijn ziel?

Ja, je ziel werkt als een soort antenne, die alle trillingen uit zijn omgeving kan opvangen. Gedachten zijn ook trillingen.

      Duidelijk.

Veel mensen zitten teveel in hun hoofd te denken en hiermee maken ze dan een soort dikke mistlaag van allerlei gedachten om zichzelf heen.

       Wat gebeurt er dan?

Door die dikke mistige gedachtenlaag kan je antenne niet meer zo goed trillingen opvangen.

Klinkt logisch. Maar hoe kun je ervoor zorgen dat je gedachtenlaag dúnner wordt?

Mono, help eens. Hoe leg ik dat uit?

Vertel haar dat het met vertrouwen te maken heeft.

Goed. Als mensen denken dat ze alles alléén moeten doen, dan prakkiseren ze zich suf!  Maar als je weet dat God in je woont en dat je in verbinding staat met alles wat er bestaat op aarde, dan kun je vertrouwen dat alles goed komt. Dan kun je je denken loslaten en met je aandacht in je ziél zijn.

In mijn gevóellichaam dus… Daar ben ik blijkbaar al goed mee verbonden, want anders zou ik niet zo vaak mijn weetstemmetje horen.

Dat denk ik ook, Irenka.

Maar nu weet ik nóg niet waarom ik met mijn antenne dingen opvang die nog niet eens gebeurd zijn.

Dat is best moeilijk te begrijpen, maar ik zal mijn best doen het uit te leggen.  Wij mensen kunnen alleen maar denken in tijd, als gebeurtenissen in een lijn. In verleden, nu en toekomst.

       Ja, nú ben ik jong en later zal ik oud zijn.

Je stoflichaam kent jeugd en ouderdom, gisteren, morgen en later.  Maar in de geest gebeurt alles in het eeuwige NU.  Alles wat er was, is nú, en alles wat er komen gaat, is ook nú.

       Dat kan ik nu nog niet snappen, Evi.

Het is ook bijna niet te snappen met je verstand. Laat je denken maar eens los en probeer het met je ziel te vóelen.

Als jullie straks weggaan, ga ik naar mijn stilteplekje in mijn hart en zal het antwoord  proberen te voelen.

Goed zo. Hopelijk wordt je vraag over je weetstemmetje dan nóg duidelijker.  Anders komen Mono en ik gewoon nog een keertje terug.

Het was een grote eer om jullie te ontmoeten, Mono en Evi.

Het was ook voor ons een eer om hier bij jou te mogen zijn.

     Terúg naar de aarde, Evi. Klim jij ook maar op mijn rug,               Irenka, dan breng ik je terug naar Polen.

Ik wil nog even verder dromen. Hier op Orion voelt de sfeer zo speciaal. Ik word straks vanzelf weer wakker in mijn bed.

Oké, droom nog maar lekker verder. Wij gaan alvast terug. Dáág Irenka. 

       Dáág, Evi en Mono!

Mono, ik vind het best moeilijk om uit te leggen wat je ziel is.

Je hebt het goed uitgelegd. Elk kind kan het op een andere manier begrijpen en dat voel jij goed aan.

Hoe zou het komen dat kinderen tegenwoordig veel vroeger met moeilijke innerlijke vraagstukken bezig zijn?

Weet je, tweeduizend jaar geleden heeft Jezus een vis in het zand getekend en hij zei daarbij: Ik zal het zaaien in het Vissentijdperk en het zal geoogst worden in het Aquarius-tijdperk.

Wat wilde hij daarmee zeggen, Mono?

Wat hij zaaide waren de zogenaamde zaadjes van een hogere liefde, maar de ‘zaadjes’ kwamen op een rots terecht en konden hierdoor niet tot groeien.       

Je blijft vaag, Mono.

De zaadjes waren de lessen in een hogere liefde, maar omdat de mensen zo hard waren als een rots, konden ze die liefde niet begrijpen.

Daar konden zij toch niets aan doen?

Zéker niet. De mensen moesten nog een heleboel keren geboren worden en sterven om ervaringen op te doen, om de hogere liefde te leren voelen in hun ziel.

Dus eerst moet de aarde omgeploegd worden voordat het zaadje erin kan groeien, bedoel je dat?

Klopt, de aarde omploegen is hetzelfde als ervaringen opdoen.

Is dat nieuwe tijdperk, wat jij Aquarius noemt, nu begonnen?

Ja, de kinderen die nu geboren worden, noemen ze ‘nieuwetijdskinderen’ en veel van deze kinderen hebben paranormale gaven.

Normále gaven zul je bedoelen.

Haha, je hebt gelijk. In het Vissentijdperk zou je het paranormaal noemen, maar nú in Aquarius is paranormaal normáál geworden.

Ze zijn gewoon goed met hun ziel verbonden.

     Ja, hun antenne werkt goed.

Net zoals die van jou, Mono! Wil je me nog eens wat licht geven met je hoorn, dan kan ik lekker slapen.

     Tuurlijk, mijn snoezepoes. Slaap lekker.

---

Ik moest lachen om die ‘snoezepoes’. Mono moest eens weten! Ik ben lang niet altijd een snoezepoes hoor. Soms kan ik ook wel een katje zijn, bijvoorbeeld als andere mensen over me heen walsen. Dat gebeurt wel eens als ik té zachtaardig ben en daar maken sommige mensen dan graag misbruik van, haha.